zondag 20 april 2014

Motorleslogboek 15

Motorles 24

Vandaag kregen we, Zito en ik, een les waarin Richard niets zou zeggen behalve richtingaanwijzingen. Kortom het was heel rustig op de intercom. Behalve een knipperlichtje van Zito, een wachtende Zito op een parkeerplaatsje en ikzelf die wachtte op Zito en Ries (dit keer met bijrijder een aankomend motorinstructrice) toen ik even een dubbelrondje reed in op de rotonde bij de Lidle. "Heel goed, zo kan het ook", aldus Ries. Meteen een leuke oefening in het bochtenwerk.

Hoe dan ook, er waren natuurlijk wel weer een paar puntjes. Vandaag miste ik namelijk een versnellingsindicator. Meerdere keren getwijfeld of ik nu in 3 of 2 de bocht door ging. Dus maar terugschakelen waardoor ik minder soepel in de eerste versnelling de bocht doorkwam. Hiernaast was er het punt van verplaatsen op de snelweg van rechter naar linkerrijstrook. Daarbij kwam ik te veel links uit in plaats van in het midden. Baalde ik wel van omdat dit het gevoel van controleverlies opriep.

Het lijkt er dan op dat de punten van de vorige les nu goed gingen omdat die in het middelpunt van mijn aandacht staan, maar dat er weer nieuwe/oude zaken zijn die even wat minder gaan. Maar de frequentie daarvan en ernst worden wel steeds minder. Verkeersregels, kijkgedrag, voorsorteren, voor laten gaan, tussentijdse stopopdracht, het gaat allemaal goed. Leuk, maar wel daardoor iets om goed aandachtig bij te blijven anders denk ik daar straks te makkelijk over en gaat het verkeerd op het examen.

Leuke van deze les is dat we geen tussentijdse evaluatiestop deden. Maar echt alleen maar doorrijden elke situatie die maar lastig kan zijn opzoekend. De controle over de verschillende verkeerssituaties is er. Dat geeft vertrouwen.

Voor nu: scherper de bochten door met trekkende motor in het juiste verzet! De tweede versnelling dus. Minder schakelen. Goed de motor controleren op de snelweg. Dat dit strak onder de kont houden dus. Temmen die machine!

Ries en 'stagiair' waren tevreden. Netjes verder was het motto. Zo blijven doorgaan en vooral schaven en poetsen aan die dingen die beter kunnen.




Heel leuk om op het eind nog even kriskras door Hoorn 80 te knallen. Ries met stagiair even flink op het gas en plat de bochtjes door. Daarbij met de schoen over het asfalt. Zito en ik er achteraan. Dik 80 over de wegen. Dat was leuk zeg, daarna steeds vol op de rem en heerlijk de bochten door. Zo even uitleven is wel een heel lekkere afsluiting.

Ten slotte nieuws van het examenfront. Zito en ik doen samen examen. Zie er naar uit om samen op de foto te staan straks!

zondag 13 april 2014

Motorleslogboek 14

Motorlessen 22 en 23

"Door motorrijden ben ik anders gaan autorijden", is iets dat je als aspirantmotorrijder niet zelden hoort. Ben nog te 'jong' om dit te kunnen bevestigen. Denk dat het wel losloopt. Wel is het zo dat ik heel anders ben gaan fietsen. En dan met name het bochtenwerk. Kantelen nu ook in alle hevigheid op de gewone en racefiets zorgt voor kortere bochtjes dan ik ooit voor elkaar kreeg.




Hoe hebben we de laatste twee lessen beleefd. Overwegend goed. Les 22 was een rit samen met Bibi. Haar kende ik nog van het AVB. Gezellig dacht ik. Zij moest de volgende dag het AVD-examen afleggen, dat ze ook haalde overigens. Nog even wat bochtenwerk doornemen en daar hadden we mijn eerste leerpunt van vandaag te pakken. De bochten gaan stukken beter. Alleen de lange bochten rechts draai ik te snel richting apex in. Dus te vroeg naar binnen. Verder een lekkere rit zonder al te veel opmerkingen. Ik zat alleen nog wel te klooien met het gas. Te veel gas vanuit de startblokken, te veel gegier. En bij filerijden de tip gekregen gewoon geen gas geven alleen rijden op de ontkoppelde motor. Kijk daar kwam de eerste les nog even om de hoek. Leuk. "Nou, vandaag ging ook wel lekker", meldde Ries. Voor de rit startte gaf hij al aan dat we gezien de goede rit van de vorige keer, les 21, aan het eind wel het examen konden gaan plannen. Nog een week of vijf. Kijk lekker dus. Duurt nog wel even, ook wel weer jammer.

Maar dat jammer was snel weg tijdens les 23. Zoals zo vaak ging ik er te makkelijk over denken, te weinig kritisch met mijzelf bezig zijn op de motor. "Jongens, we maken er een proefexamen van", kregen Zito en ik te horen. Dus ik kalm aan, goed oplettend rijden. Iets te kalm, veel te kalm. Te afwachtend, te traag tempo, te traag over de kruisingen. Zonder dat er verder echt fouten te bemerken waren. Motortechnisch ging het prima. Ook het kijken was goed. Tijdens de tussen stop moesten Zito en ik, zoals te doen gebruikelijk, zelf onze rit beoordelen. Dat deden we. "Nou", zei Ries, "dan heb ik nieuws voor jullie. Jullie zijn allebei gezakt". Goffer de goffer, Van Es. Krijg nou de rambam.

Tja, zoals Rianne zegt: "Ries heeft altijd gelijk". En ook nu is dat waar. Bovenstaande traagheden waren mijn makke. Die van Zito waren van ander orde. Door oranje/rood-grens qua verkeerslicht. Oudere heer geen voorrang verlenen op het zebrapad. Dat soort zaken.

Ik baalde flink. Wat een tegenvaller na twee prima lessen. Ondanks dat ging de tweede helft stukken beter. Zelf had ik een wat minder gevoel, maar Ries wees me erop dat de tweede helft echt een correctie van de eerste was. Ik dus toch te snel uit het veld geslagen. En toch is dat goed. Ik moet scherp blijven en kritisch op mijzelf. Ik maakte het mij te gemakkelijk. Onbewust door de gedachte het lukt allemaal wel. Ik kan dan dus niet verslappen. Wat een goede les is dat.

Leerpunten van dit alles:

  • blijf vlot doorrijden. Snel de kruisingen over. Daar waar de weg vrij is, gaan met die helse machine, net als in de tijd van Floor Godfriedt.
  • Voorsorteren. Bij beide lessen is dat iets dat echt beter moet. Gewoon de regels volgen die er zijn. Dat heb ik met de racefietsrit ook nog eens scherp getoetst door stukken van de motorles te rijden.
  • Geconcentreerd zijn. Niet alleen bij de snelweg oprijden, maar ook bij de aanstaande afrit. Het ertussen gooien van de motor kon vond Richard. Toch is het lekkerder dit niet bij het examen zo te hebben.
Conclusie ik heb nog sowieso vier lessen voor de boeg. Motto zal zijn opletten op de leerpunten en alles wat daarvoor is aangeleerd. En boven alles: rijden voor mijzelf!

dinsdag 1 april 2014

Motorleslogboek 13

Motorlessen 18, 19, 20 en 21

Na een (te) lang intermezzo wordt het tijd de voortgang te beschrijven van mijn motorrijopleiding. De stappen in lessen 18 t/m 20 kenmerkten zich door een gespannen eerste helft, en een rustiger, meer ontspannen eind. Te veel met Zito en Richard bezig, te weinig met plannen, technisch motorrijden of mijzelf. Desondanks was er toch steeds goede progressie. Spiegelen, bochten, ruimtekussen vergroten. Het was er allemaal wel in toenemende mate.

Les 21, de laatste tot nu, was aanzienlijk anders. Er zijn wel vaker goede gesprekken met Ries (instructeur Richard, voor niet intimi). Vooral als ik mijn les niet deel met een medeleerling. Al pratend lukte het Ries ("ik mag Meneer Van der Meijden zeggen") er achter te komen wat nu precies het (en dat van vele andere leerlingen) pijnpunt is. Probleem is dat ik niet voor mezelf rijd. Ik ben teveel met Richard bezig. Wil hem laten zien dat ik het goed doe. En ja, straks ook voor de examinator. "Ik zeg: daar gaat het mis!", aldus Ries. Voor wie ik het doe, het motorrijden? Voor wie doe ik het straks? Ware vragen.

Dit bleek een eye-opener van jewelste. Goh, dan kun je als psycholoog toch met een kinderlijk gemak door de rij-instructeur even worden doorgelicht. Ik heb hem nooit onderschat. De man heeft er immers talent voor. Ries gaf enkele voorbeelden waarom mensen zijn gezakt in zijn praktijk. Een dame met auto-examen die goed keek, langzaam reed, maar net niet voor het stopbord echt stil stond. Dit zat haar zo dwars (met de gedachten aan het eventuele oordeel van de examinator) dat ze vervolgens bij de komende kruisingen niet meer oplette en meerdere fouten maakte. Toen de examinator haar de teleurstellende mededeling bracht, wist zij wat haar fout was... Niet dus. Dat stopbordfoutje was niet het euvel, wel het er niet meer bij zijn de rest van het examen en zij vervolgens fout na fout maakte. En zo noemde hij nog een paar vergelijkbare situaties. Moraal: niet bezig zijn met de instructeur en examinator. Rijd voor jezelf en let vooral op het andere verkeer. Van instructeur en examinator heb je niets te vrezen, die rijden je niet zomaar aan.

Dit had effect. Want Ries liet mij rijden. Geen instructie waarheen. Zelf koers bepalen terwijl hij niets door de intercom meldde. En zo ging het. De dijk af naar het eind van Schellinkhout. Deze plaats door richting Oosterblokker, Westfrisia, snelweg, turborotonde, stadje, terug op die helse rotonde en via snelweg naar Wognum. Daar opteerde ik voor een evaluatiemoment. Ik moest mezelf beoordelen. Er ging best veel goed: rust, controle, bochten, kijken, spiegelen, ruimtekussen. Eigenlijk allemaal lekker. Ries was het eens en liet dit zien met zijn kenmerkende knikkende en grijnzende gezicht.




Teruggekomen, terwijl ik evenmin een brede grijns onderdrukken kon, meldde Ries: "Dit is motorrijden". "Nu ben je dus niet aan het lessen." Wat een bemoedigende woorden. Zeer blij mee. Verder gaf hij aan eigenlijk niet zo veel te melden te hebben, behalve het feit dat dit een goed teken is. "Houd dit vast!", aldus Hr. Van der Meijden.

Niets meer om aan te werken? Zeker niet: in de stad toch iets meer afstand houden, letten op de dode hoek. De snelweg wat vlotter op. Oprijden met dezelfde snelheid als het doorgaande verkeer. Àls het kan.

Conclusie: zeer tevreden en voldaan.
Beleid: voortzetten en uitbreiden van de ingezette lijn.